Tom is vijfentwintig jaar, net afgestudeerd en op zoek naar een baan als architect. Hoewel de wereld in feite aan zijn voeten ligt, wil het met die baan maar niet vlotten. Bovendien hebben zijn vrienden al lang en breed verkering en kan hij thuis - in zijn oude stapelbed - vooralsnog alleen maar mijmeren over Julie, die ene grote jeugdliefde die hij toevallig weer tegen het lijf is gelopen maar die hem - pijnlijk genoeg - in eerste instantie helemaal niet herkende. De zaken verergeren wanneer Tom door de verleidelijke moeder van een zekere Bill, blijkbaar een schoolvriend die hij zich niet kan herinneren, gevraagd wordt om op de begrafenis van haar zoon als kistdrager te komen opdraven.